Verkort verslag voettocht 1999
	
	Santiago de Compostela, Camelot en Hans Vermaat.
	Aan alle bekenden, vrienden en familieleden, die een bijdrage hebben 
	toegezegd voor Camelot. En aan hen, die dit wel van plan waren maar nog niet 
	gedaan hebben.
	
	Hans Vermaat, Groningen, augustus 1999.
	
	"Pelgrimage" van Le Puy-en-Velais naar Santiago de Compostela. (10 mei t/m 
	23 juli 1999)
	
	De reisduur en de kilometers.
	Ik vertrok op maandag 10 mei 1999 met de trein van 11.18 uur vanuit 
	Groningen naar Le Puy-en-Velais (gelegen ten zuid-westen van Lyon).
	Op dinsdag 11 mei begon ik aan mijn voettocht en op zondagnamiddag 18 juli 
	kwam ik aan bij de kathedraal van Santiago. Na een verblijf van een drietal 
	dagen daar keerde ik op donderdagmorgen 22 juli om 9 uur terug naar 
	Groningen om daar op vrijdag 23 juli om 16.15 uur bij het Hoofdstation aan 
	te komen.
	Het aantal afgelegde kilometers bedroeg (volgens de reisgidsen en 
	aanvullende informatie) 1507. Hiervan heb ik er noodgedwongen 57 per bus of 
	auto afgelegd. Het resterende aantal van 1450 kilometer dient nog verhoogd 
	te worden met de extra kilometers, die afgelegd zijn wegens verdwalen (twee 
	keer noemenswaard in Frankrijk), het bezichtigen van bezienswaardigheden en 
	het doen van de dagelijkse inkopen.
	Van de 75 dagen, die ik onderweg was, liep ik 66 dagen. Na aftrek van 3 
	reisdagen en 3 dagen in Santiago, resteren 3 rustdagen (alle drie in 
	Frankrijk). Het rond het middaguur aankomen en tijd genoeg hebben om 
	bezienswaardigheden ter plekke te bekijken beviel mij beter dan grote 
	afstanden lopen en dan vervolgens rustdagen in te moeten lassen.
	Het gemiddeld aantal gelopen (gids)kilometers per dag bedroeg 22,08. De 
	kortste etappe bedroeg 12 kilometer, de langste 43,5. Mijn snelheid bedroeg 
	in de eerste dagen niet meer dan 2 kilometer per uur (inclusief rusten), 
	daarna gedurende vele weken 3 kilometer, terwijl de laatste weken dit tempo 
	was opgevoerd tot 4 kilometer per uur. Het aantal kilo’s op mijn rug 
	varieerde tussen de 15 en 12. Mijn eigen gewicht nam aanzienlijk af. Het 
	aantal regendagen bedroeg circa 5, waarvan slechts 1 in Spanje (en dat nog 
	niet langer dan 1 uur). Ik denk dat ik hiermee extreem veel (wandel)geluk 
	heb gehad.
	De inhoud van de rugzak.
	Een slaapzak, een slaapmat, thermisch ondergoed. Drie t-shirts, drie 
	onderbroeken, een lange en een korte broek, toiletspullen, een klein 
	handdoekje, drie paar sokken, waarvan 1 paar verloren en 1 paar weg gegeven 
	,een vliesjack en een regenponcho. Tandenborstel en enige hoofdpijnpoeders, 
	muggenolie en zonnebrandcrème. Een lichtgewicht tent (teruggestuurd na 300 
	kilometer) , een brander en een pannetje. Een piepklein zaklantaarntje, een 
	leesboekje, briefpapier, een zonnebril, en een petje. Slippers (van een 
	tientje). Een verrekijker (ook teruggestuurd).Een reisgids en onderweg 
	folders en ansichtkaarten. Een fototoestel en enkele fotorolletjes. Verder 
	een waterzak en eten voor de dag (of in het weekend voor meerdere dagen).
	En uiteraard sigaretten (meestal niet in voorraad). Mijn paspoort, een 
	bankpas en een creditcard, voor het geval.
	De kosten.
	De kosten van deze reis bedroegen circa ƒ4.530,=. De specificatie hiervan 
	luidt als volgt:
	Reiskosten trein Groningen – Le Puy 175,=
	Idem Santiago – Groningen 420,=
	Overnachtingen Frankrijk 460,=
	Idem Spanje 325,= (inclusief 4 nachten hotel)
	Telefoonkosten naar Nederland 270,=
	Afdrukken 300 foto’s, fotoboeken 300,=
	Fotorolletjes 160,=
	Porti 70,=
	Kleding 50,=
	Kaarten, entree musea etc 150,=
	Sigaretten 500,=
	Eten, drinken etc 1.650,= (22,= per dag)
	De financiële dekking was als volgt:
	Verhuur eigen woning (4 maanden) 3.200,=
	75/90 van normale leefbudget 1.500,=
	Totaal dekking 4.700,=
	Indrukken.
	Het aantal keren dat ik "bonjour", "Buenas dias", "bon camino" zei is niet 
	te tellen; het aantal interessante ontmoetingen met medepelgrims is 
	aanzienlijk.
	Als thema’s voor een reisverslag zouden kunnen dienen: "Zin en onzin op de 
	Chemin de Saint Jacques/ Camino" of "Ontmoetingen en liefdes op de Camino".
	De reis is voor mij onvergetelijk. Buitengewoon en aan te raden aan een 
	ieder die wil genieten van natuur, cultuur, interessante medemensen en 
	ontvankelijk is voor geschiedenis, spiritualiteit en/ of religie.
	Het lopen is ook voor de niet-sportieveling te doen, zij het dat je de 
	eerste weken dan best s’ avonds regelmatig versleten bent. Voor 
	overnachtingen zijn in Frankrijk de gites d’etappe ideaal; in Spanje tref je 
	de refugio’s ofwel de pelgrimsherbergen aan.
	In Frankrijk was het heel rustig; er waren dagen dat je amper andere 
	wandelaars tegen kwam; in de gites d’etappe kon je meestal terecht zonder 
	reservering. Een enkele keer was je er alleen of met z’n tweeën. In Spanje 
	was het drukker en de laatste 150 kilometer zelfs aanzienlijk drukker. In de 
	refugio’s sliepen al gauw 40 mensen; in de grote etappeplaatsen werd gebruik 
	gemaakt van legertenten. Door echter een beperkt aantal kilometer verderop 
	te overnachten kon je dit wel vermijden.
	De landschappen zijn zeer afwisselend; nergens ontaardt het wandelen in 
	bergklimmen, hoewel er in Frankrijk wel enkele trajecten zijn waar je klimt 
	en daalt. In Spanje is de camino overwegend plat. Het traject tussen Burgos 
	en Astorga voert 350 kilometer over de meseta en boeit door zijn 
	uitgestrektheid. Het specifieke van deze tocht is toch wel dat je onderweg 
	mensen aantreft die allemaal iets met Saint Jacques c.q. Santiago hebben. De 
	vraag "waarom loop je deze weg?" klinkt dan ook regelmatig met als gevolg 
	dat er andere onderwerpen aan de orde komen dan het weer, de route, het 
	aantal kilometers en/ of de blaren. Ook heel bijzonder is dat je soms in 
	kloosters of in pastorieën overnacht; je bezoekt regelmatig een kerk en een 
	katholieke kerkviering en je ontvangt regelmatig de pelgrimszegen. Ondanks 
	de grote drukte maak je kennis met de betekenis van het rooms katholieke 
	geloof in Zuid Frankrijk en Spanje.
	De pelgrims zijn afkomstig uit een groot aantal landen, waaronder een 
	Brazilië een bijzondere plaats inneemt. De leeftijd loopt uiteen van 15 tot 
	80 jaar.
	Ontmoetingen.
	In Frankrijk lopen veel mensen "le chemin" in gedeeltes. Tien dagen, twee 
	weken en een jaar later (of in een ander seizoen) weer een gedeelte. Het 
	gevolg is dat zich in het franse gedeelte groepjes pelgrims vormen, die na 
	een aantal dagen weer uiteenvallen. In die betrekkelijk korte tijd wordt de 
	omgang met elkaar (voornamelijk na aankomst in de gite d’etappe) zeer 
	vriendelijk en vertrouwd. In Spanje gaan de meeste pelgrims, die ik ontmoet 
	heb, door tot aan Santiago. Ik heb in Spanje voornamelijk in Frans 
	gezelschap verkeerd. Dat wil niet zeggen dat ik geen contact had met 
	Spanjaarden en anderen, doch mijn Frans groepje, dat zich gevormd had in 
	Saint Jean Pied le Port bleef lang bij elkaar. De laatste weken liep ik met 
	Fatima, een Parisienne, als vertrouwd wandelmaatje. Met haar bereikte ik 
	Santiago, met haar genoot ik van de feestelijkheden aldaar en met haar 
	keerde ik terug voor een weekje Groningen.
	Het aantal Nederlanders, dat ik ontmoet heb, is beperkt. Ik heb één 
	Nederlander, die vanuit Zeist was komen lopen, ontmoet tussen Le Puy en 
	Conques, één Nederlander tussen Cahors en Pamplona –lange tijd mijn 
	loopvriend -, een echtpaar, lopend vanuit Den Haag, twee éénlingen (eind 
	vijftig), lopend vanuit Raamsdonksveer en Le Puy en in de laatste week twee 
	jonge knullen (eind twintig), die samen vanuit de Randstad lopend op weg 
	naar Santiago waren. Een fietsend echtpaar vanuit de provincie Groningen. 
	Een aantal Belgen completeerden mijn mogelijkheden om Nederlands te spreken.
	Het lopen is uiteindelijk een zeer ongecompliceerde bezigheid. Je rugzak 
	staat na verloop van tijd s’avonds volledig ingepakt, zodat je s’morgens 
	rond zes uur alleen je slaapzak er in hoeft te stoppen. Een stuk stokbrood, 
	een banaan en wat water is voldoende voor het ontbijt. Later drink je zo 
	mogelijk in een plaatselijk café een kop "café con leche". Je weet waar je 
	die dag heen moet, dus is het kwestie van de voeten bewegen. Het 
	wereldnieuws dringt niet tot je door, de telefoon gaat niet, je hoeft je 
	niet te bekommeren over rekeningen, arbeidsbureau, bedrijfsvereniging 
	enzovoort.
	s’Middags na aankomst een bed zoeken, je douchen, iets te eten versieren, 
	wat schrijven in je dagboek, een brief op de post, een beetje slapen en 
	s’avonds kerken bekijken, eten, praten en op tijd naar bed.
	De terugkomst in Nederland is minder gemakkelijk. De vraag inzake mijn 
	toekomstige arbeid dringt zich – in mijn situatie – weer op; hoe vul je je 
	dagen? Hoe ziet de toekomst eruit? Ga ik elke dag weer de krant lezen, het 
	journaal bekijken? Solliciteren? Ik heb de eerste afwijzing al weer binnen! 
	Toch maar naar Frankrijk verhuizen en een eigen gîte d’etappe langs de GR 65 
	beginnen?
	Een tocht met een lange aanlooptijd (zeker 7 jaar geleden begon deze tocht 
	mij te intrigeren) is nu afgelegd. Deze tocht heeft mij dingen gebracht, die 
	ik niet had verwacht, en anderzijds ook weer niet helemaal bewerkstelligd 
	wat ik had gehoopt. "J’accepte" (ik neem het aan; ik aanvaard het) is een 
	uitdrukking, die bij deze tocht past.
	Ik heb mensen ontmoet, die de Camino in Spanje meermalen gelopen hebben; ik 
	heb in de livres d’or, die je in de gìtes d’etappe en in de refugios 
	aantreft, verschillende verhalen gelezen van mensen, die dezelfde tocht ook 
	vaker gelopen hebben. Ik kan niet voorspellen of ik deze tocht nog eens zal 
	herhalen. In een ander seizoen? Als ik opgehouden ben met roken?
	Ieder zijn Camino. Er zijn hardlopers, toeristen, feestvierders, 
	gepensioneerden, jongelui, excentriekelingen, echtparen. Leven en laten 
	leven; de sfeer op "le chemin" en "el camino" is uitstekend. Een 
	uitzondering daargelaten is iedereen even vriendelijk en in elkaar 
	geïnteresseerd. De plaatselijke bevolking wenst je doorlopend een goede reis 
	(alsof je de enige bent) en staat gereed om je de juiste weg te wijzen.
	Reisverslag?
	Het maken van een reisverslag is een punt apart. Wat is mijn thema? Voor wie 
	schrijf ik dit verslag? Hoe ga je om met de privacy van je tochtgenoten? Wat 
	is zo persoonlijk voor je zelf – en daarmee zo belangrijk – dat je dat niet 
	met anderen kunt en wilt delen?
	Mijn reis heeft in de eerste weken sterk in het teken gestaan van mijn 
	ziekte en ontslag, nu drie jaar geleden. Daarna kwamen mijn huwelijk aan de 
	orde, het vaderschap, de relatie met mijn kinderen, de betekenis van 
	seksualiteit in mijn leven, mijn therapie, mijn vriendschap met een man en 
	in de laatste weken mijn intensieve ontmoeting met een vrouw, in dit geval 
	Fatima. Daarnaast doorlopend de zin van het leven; in hoeverre spelen 
	materiele en spirituele zaken een rol. Wie ben ik? Hoe verhoud ik mij tot 
	andere mensen? Dit alles enerzijds heel indringend, anderzijds met heel veel 
	ongein en plezier. Voor de cultuur raak je aan het eind van de rit toch 
	enigszins afgestompt. Je hoeft niet meer elke kerk en elk museum te zien. Je 
	geniet meer van de sfeer van een stadje of dorp. Je geniet van het kopje 
	koffie dat je van een restauranteigenaar gratis aangeboden krijgt; je geniet 
	van de oude man die midden op snelweg stopt om mij een kalebas te geven. Je 
	geniet van je oude reisgenoot van 76 ½, die onderweg op mijn verzoek Jacques 
	Brel vertolkt. Je baalt van snurkers naast je of onder je. Je baalt van 
	mensen die zonodig s’morgens om half vier willen vertrekken en je met de 
	zaklantaarn in je gezicht schijnen om vervolgens te zeggen "oh, sorry, jou 
	zocht ik niet".
	Je geniet van het (incidenteel) wandelen onder een heldere sterrenhemel, je 
	geniet van het (incidenteel) buiten slapen; je geniet van de jeugd, die zo 
	heerlijk met je in gesprek raakt, alsof je geen 54 jaar oud bent. Je geniet 
	van de uitnodiging om aan te schuiven aan tafel en mee te eten.
	Je geniet van de indringende gesprekken; je geniet van de "feedback’ die je 
	krijgt op je eigen levenswandel.
	Je geniet van de aankomst van pelgrims in Santiago, die je om de nek vallen, 
	terwijl je je afvraagt "waar ben ik die nou weer tegengekomen?". Je geniet 
	van de ontmoeting in de kathedraal van Santiago, één uur voor het vertrek 
	met de trein naar Frankrijk, met je Nederlandse loopmaatje vanuit Frankrijk. 
	Hij geeft me zijn ring, die ik eerder tevergeefs aan hem had gevraagd. De 
	ring is een symbool voor de thema’s die we met elkaar bespraken. 
	Sentimenteel?
	Sponsoractie Camelot.
	Camelot? O ja, Camelot. De sponsoractie heeft met 80 reacties bruto ruim 
	ƒ7.000,= opgebracht. De kosten bedragen circa ƒ500,=; ik hoop dat er nog een 
	aantal mensen zijn die bij nader inzien ook nog een bijdrage willen 
	schenken.
	Zij, die toegezegd hebben te betalen na de ontvangst van de compostelle 
	treffen deze hierbij aan. Verspreid in de tekst vind je gedeeltes uit mijn 
	stempelkaart.
	De bijdrage dient gestort te worden op rekeningnummer xxxxxx ten name van 
	Camelot te Eelde. Mijn dank en die van de Camelot medewerkers is groot.
	Mocht er een echt reisverslag komen, dan laat ik jullie dit weten. Mocht 
	iemand van jullie meer willen horen en foto’s willen zien, aarzel dan niet 
	om mij te bellen, te schrijven of mij te bezoeken.
	
	Met hartelijke groeten,
	Hans Vermaat
	
 	
Terug naar keuzemenu
